30 september 2022
Het re-integratietraject 2.0 vanaf 1 oktober
Het wetgevend kader rond het re-integratietraject werd in 2016 in het leven geroepen om langdurig arbeidsongeschikte werknemers op een duurzame manier weer aan het werk te krijgen. De codex over het Welzijn op het Werk (hierna: Welzijnscodex) zet de regels en procedures die in het kader van een re-integratietraject moeten worden gevolgd, uiteen.
Na een evaluatie en met het oog op een vereenvoudiging en verbetering van het re-integratietraject worden verschillende aspecten van voornoemde procedure met ingang van 1 oktober 2022 gewijzigd door het Koninklijk Besluit van 11 september tot wijziging van de codex over het welzijn op het werk wat het re-integratietraject voor arbeidsongeschikte werknemers betreft (hierna: het wijzigingsbesluit).
Wat het re-integratietraject precies inhoudt en op welke manier deze procedure vanaf 1 oktober 2022 zal wijzigen, wordt in dit blogbericht nader toegelicht.
Wat is een re-integratietraject?
Doelstelling
Het re-integratietraject heeft als doel de wedertewerkstelling te bevorderen van een werknemer die het overeengekomen werk tijdelijk of definitief niet kan uitoefenen wegens een langdurige arbeidsongeschiktheid. Arbeidsongevallen en beroepsziekten werden hier lange tijd van uitgesloten gelet op de afzonderlijke procedures die dienaangaande van toepassing zijn. Vanaf 1 oktober 2022 zal evenwel onder bepaalde voorwaarden ook een arbeidsongeval of beroepsziekte aanleiding kunnen geven tot het opstarten van een re-integratietraject.
De werknemer kan naar aanleiding van de re-integratiebeoordeling van de preventieadviseur-arbeidsarts (zie verder) tijdelijk of definitief aangepast of ander werk uitvoeren gedurende de periode dat deze het overeengekomen werk niet kan uitoefenen, dit door bv. een aangepast takenpakket, een tijdelijke vermindering van het aantal arbeidsuren enz.
Initiatiefnemers
Het re-integratietraject kan op ieder ogenblik tijdens de periode van zijn arbeidsongeschiktheid worden opgestart door de werknemer of zijn behandelende arts (als de werknemer hiermee instemt).
De werkgever kon onder de voormalige regelgeving ten vroegste na een ononderbroken periode van 4 maanden arbeidsongeschiktheid een verzoek tot opstart van het re-integratietraject aan de preventieadviseur-arbeidsarts richten. Onder de nieuwe regelgeving zal de werkgever dit kunnen doen na 3 maanden, of vanaf het ogenblik waarop de werknemer aan de werkgever een attest van zijn behandelend arts bezorgt waaruit de definitieve ongeschiktheid om het overeengekomen werk uit te voeren blijkt. De periode van 3 maanden wordt onderbroken van zodra de werknemer het werk opnieuw hervat, tenzij de werknemer binnen de eerste 14 dagen na deze werkhervatting opnieuw arbeidsongeschikt wordt.
De adviserend arts van de mutualiteit van de werknemer heeft sinds de wetswijziging na 1 oktober niet langer het initiatiefrecht om een re-integratietraject op te starten.
Welke beslissingen kunnen er worden genomen?
De preventieadviseur-arbeidsarts is een spilfiguur doorheen de hele procedure. In het kader van het re-integratietraject zal de preventieadviseur-arbeidsarts een re-integratiebeoordeling maken van de langdurig arbeidsongeschikte werknemer. Onder de voormalige regelgeving kon de preventieadviseur-arbeidsarts tot vijf mogelijke beoordelingen komen. De wetswijziging brengt een vereenvoudiging met zich mee op basis waarvan slechts drie re-integratiebeoordelingen meer mogelijk zijn:
- Beslissing A: in dit traject kan de werknemer op termijn het overeengekomen werk hervatten en wordt de werkpost eventueel aangepast. In de tussentijd kan de werknemer aangepast of ander werk uitvoeren.
- Beslissing B: in dit traject is de werknemer definitief ongeschikt om het overeengekomen werk uit te voeren, maar kan hij wel aangepast of ander werk uitvoeren binnen de onderneming.
- Beslissing C: in dit geval is het nog niet duidelijk of de werknemer tijdelijk dan wel definitief ongeschikt is om het overeengekomen werk uit te voeren. Het is ook mogelijk dat de werknemer nog behandelingen moet ondergaan om werkhervatting mogelijk te maken. Daarom is het om medische redenen (voorlopig) niet mogelijk om een re-integratiebeoordeling te maken.
In tegenstelling tot de voormalige regelgeving, is het thans onmogelijk om de werknemer het werk te laten hervatten zonder tussentijds aangepast werk aan te bieden (het voormalige B-traject). Daarnaast is het evenmin mogelijk om binnen het re-integratietraject de werknemer definitief arbeidsongeschikt te verklaren om het overeengekomen werk uit te voeren zonder aangepast werk te bieden (het voormalige D-traject). Deze loskoppeling van de medische overmacht van het re-integratietraject zal in een volgend onderdeel nader worden toegelicht.
Het belang van werkpostaanpassingen en aangepast of ander werk dat rekening houdt met de mogelijkheden en de gezondheidstoestand van de werknemer, staat duidelijk centraal.
De overige procedurele aspecten (zoals onder meer het re-integratieplan, een motivatieverslag bij weigering door werkgever, noodzakelijke overlegmomenten en de beroepsmogelijkheden van de werknemer) vallen buiten het bestek van dit blogbericht. Indien u hierover verdere vragen zou hebben, aarzel dan niet om contact op te nemen met onze experten.
Wijzigingen vanaf 1 oktober 2022
Het wijzigingsbesluit treedt in werking op 1 oktober 2022. De volgende aanpassingen zullen plaatsvinden:
- Een nieuwe informatieplicht voor de preventieadviseur-arbeidsarts: contactname met de arbeidsongeschikte werknemer na 4 weken afwezigheid, met het oog op het bevorderen van de werkhervatting
- Een aantal termijnen in het re-integratietraject wordt gewijzigd op vraag van de sociale partners;
- De preventieadviseur-arbeidsarts kan slechts 3 beslissingen nemen in de plaats van 5, met het oog op een vereenvoudiging van de procedure;
- Terug-Naar-Werk-coördinator: deze actor ondersteunt het Terug-Naar-Werk-traject bij de verschillende ziekenfondsen;
- Verduidelijking van de verplichtingen van de werkgever bij het onderzoeken van de mogelijkheden voor aangepast of ander werk en bij het opmaken van een re-integratieplan;
- Verduidelijking van het einde van het re-integratietraject;
- Het versterken van het collectief re-integratiebeleid door middel van een kwantitatief en kwalitatief verslag van de preventieadviseur-arbeidsarts.
Er worden geen overgangsmaatregelen voorzien voor de reeds opgestarte re-integratietrajecten waardoor de nieuwe regels onmiddellijk uitwerking krijgen op deze lopende trajecten.
Bovendien zal op voorstel van minister van Sociale Zaken Frank Vandenbroucke het ‘Terug-Naar-Werk-traject’ op 1 januari 2023 zijn intrede maken. Dit traject zal worden begeleid door Terug-Naar-Werk-coördinatoren die in dienst zijn van de ziekenfondsen en die langdurig arbeidsongeschikte werknemers zullen begeleiden naar werk, hetzij bij de bestaande werkgever, hetzij bij een andere werkgever, al dan niet met hulp van de Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling (VDAB).
Gewijzigde procedure in het kader van medische overmacht
In het verleden was het onder bepaalde voorwaarden mogelijk om binnen het re-integratietraject de werknemer definitief arbeidsongeschikt te verklaren voor het overeengekomen werk zonder aangepast werk te bieden (het voormalige D-traject). Deze regeling had tot gevolg dat de werknemer ontslagen kon worden wegens medische overmacht, waardoor geen sprake is van een opzeggingstermijn of opzeggingsvergoeding in hoofde van de werknemer.
De wetgever heeft er thans voor gekozen om de definitieve arbeidsongeschiktheid in zijn geheel los te koppelen van het re-integratietraject en een afzonderlijk traject voor medische overmacht in te richten dewelke gevolgd zal moeten worden wanneer de werkgever of de werknemer aanstuurt op een einde van de arbeidsovereenkomst wegens medische overmacht. Deze loskoppeling treedt evenwel nog niet in werking op 1 oktober 2022 aangezien de aanpassing van artikel 34 Arbeidsovereenkomstenwet (waarin de beëindiging van de overeenkomst wegens overmacht wordt beschreven) nog de parlementaire procedure dient te doorlopen.
Besluit
Het re-integratietraject heeft nog steeds tot doel om langdurig arbeidsongeschikte werknemers op een vlotte en duurzame manier terug aan het werk te krijgen. Door de wijzigingen die de wetgever doorvoert, zou het re-integratietraject op een meer efficiënte manier deze doelstellingen bereiken, dit door het vereenvoudigen van de procedure alsook door het voorzien van een afzonderlijke procedure in het kader van medische overmacht voor werknemers die definitief arbeidsongeschikt zijn en waarbij aangepast werk niet kan worden geboden.
Heeft u nog vragen over het re-integratietraject, medische overmacht of andere arbeidsrechtelijke vragen, aarzel dan niet om onze specialisten arbeids- en sociaal recht te contacteren.
Valeria Simonian en Jana Kern