13 november 2019

Categorieën: Sociaal recht

Verborgen camera’s op de werkvloer

Op 17 oktober2019 oordeelde de Grote Kamer van het Europees Hof voor de Rechten van de Mensen (EHRM) dat het plaatsen van verborgen camera’s op de werkvloer – enkel met oog op het vaststellen van diefstal van het personeel –  geen schending uitmaakt van het recht op privacy dat verankerd is in artikel 8 EVRM.

 

De beslissing van het Europees Hof voor de Rechten van de Mensen

De feiten

De zaak heeft betrekking op een aantal werknemers die tewerkgesteld waren in een Spaanse supermarkt. De manager verdacht het personeel van diefstal omdat hij opmerkte dat de voorraadgegevens en de verkoopcijfers niet langer overeenkwamen.

De manager besloot vervolgens om camera’s te installeren in de supermarkt waarvan sommige zichtbaar en sommige verborgen waren. De zichtbare camera’s waren gericht op de ingang  en de uitgang van de supermarkt, terwijl de verborgen camera’s gericht waren op de kassa’s.

Het personeel werd geïnformeerd van het feit dat er een camerabewaking werd geïnstalleerd, maar zij werden niet op de hoogte gebracht van het feit dan een aantal camera’s verborgen waren. In de winkel werd ook een aanduiding opgehangen waaruit bleek dat er camerabewaking aanwezig was in de supermarkt, evenwel zonder aanduiding van de specifieke locaties van de camera’s.

Uit de beelden van de verborgen camera’s bleek dat het personeel zich meermaals schuldig maakte aan diefstal. Bijgevolg werden er veertien werknemers op staande voet ontslagen.

Vijf werknemers besloten de beslissing van hun werkgever aan te vechten. Aangezien zij niet geïnformeerd werden over de plaatsing van de verborgen camera’s, stelden zij dat de verborgen camerabewaking een schending uitmaakte van hun recht op privacy, zoals verankerd in artikel 8 EVRM. Nadat zij bot vingen bij de Spaanse rechtbanken, besloten zij de zaak aanhangig te maken bij het EHRM.

 

De beslissing van het Hof

De Grote Kamer van het EHRM volgde de Spaanse rechtbanken en oordeelde dat de verborgen camerabewaking niet in strijd is met het recht op privacy, zoals vermeld in artikel 8 EVRM. Het EHRM verwees naar de noodzaak van een billijk evenwicht tussen twee concurrerende belangen, nl. enerzijds het recht van de werknemers op eerbiediging van hun privéleven en anderzijds de mogelijkheid voor de werkgever om de bescherming van zijn eigendom en de vlotte en goede werking van de onderneming te waarborgen, m.n.  door de uitoefening van zijn disciplinair gezag.

Het EHRM is van oordeel dat de beslissing van de Spaanse rechtbanken correct was, daar zij bij hun belangenafweging terecht rekening hielden met de volgende elementen:

Dat er sprake was van een gerechtvaardigd vermoeden van diefstal,
Dat de verborgen camera’s enkel de kassaruimte filmden (waar de diefstallen hoogst waarschijnlijk zouden plaatsvinden), de duurtijd van de cameracontrole beperkt was in tijd en de cameracontrole ophield van zodra er voldoende bewijs was en de betrokken de werknemers geïdentificeerd waren,
Dat de verborgen camera’s een publieke ruimte filmden waar voortdurend contact met klanten plaatsvond, waardoor de redelijke privacyverwachtingen van de werknemers ter zake slechts zeer beperkt konden zijn.

 

Hoewel het EHRM van mening was dat de werkgever de verplichting heeft de werknemer te informeren over de bewakingscontrole, stelde het Hof echter dat bepaalde publieke of private belangen het uitblijven van informatieplicht kunnen rechtvaardigen. Aangezien er in deze zaak sprake was van een vermoeden van diefstal van meerdere werknemers, oordeelde het EHRM dat het gebrek aan informatie gerechtvaardigd was.

Het EHRM oordeelde bijgevolg dat er geen schending van het recht op privacy plaatsvond.

 

Het Belgische Hof van Cassatie en CAO nr. 68

Het arrest van2 maart2005

In België heeft het Hof van Cassatie in2005 zich binnen het strafrecht over een gelijkaardige zaak moeten buigen. De zaak had betrekking op een chocolatier die sinds geruime tijd vermoedde dat een kassierster diefstal pleegde. Hij installeerde vervolgens een camera die de kassa filmde om zo de diefstal vast te stellen.

De chocolatier liet het echter na om de kassiester op de hoogte te stellen van de cameracontrole, hetgeen in strijd is met CAO nr. 68. Deze CAO bepaalt in België de regels in verband met de invoering en het gebruik van camera’s op de arbeidsplaats. Het artikel 9 van CAO nr. 68 stelt uitdrukkelijk dat de werkgever verplicht is voorafgaandelijk en bij het installeren van de camerabewaking de werknemer hierover te informeren.

In deze zaak argumenteerde de kassierster in kwestie dat de camerabeelden uit de debatten dienden geweerd  te worden omdat deze onrechtmatig werden verkregen nl. via een geheim cameratoezicht dat in strijd is met artikel 9 van CAO nr. 68.

De Kamer van Inbeschuldigingstelling (KI) oordeelde ter zake dat de beelden van het geheime cameratoezicht konden worden toegelaten. De KI stelde dat de cameracontrole adequaat en nuttig was en geen inbreuk vormde op het privéleven van de kassiester. De kassiester besloot vervolgens om naar het Hof van Cassatie te stappen.

In het arrest van2 maart2005 oordeelde het Hof van Cassatie dat het aan de rechter toekomt om de gevolgen van de miskenning van de informatieplicht te beoordelen en dat het dus ook aan de rechter toekomt om te oordelen of het onrechtmatig bewijs al dan niet uit de debatten dient geweerd te worden. Hierbij dient de rechter na te gaan:

of het recht op een eerlijk proces niet in gedrang komt,
of de betrouwbaarheid van het bewijs niet is aangetast,
of er geen miskenning is van een op straffe van nietigheid voorgeschreven vormvoorschrift.

 

In dat geval zal de rechter oordelen dat de onrechtmatigheid (bv. de miskenning van de informatieplicht) niet in verhouding staat met de ernst van het misbruik die door de onrechtmatigheid aan het licht is gekomen of dat de onrechtmatigheid geen inbreuk betreft op het recht dat de geschonden norm beschermd.

 

Antigoon-leer

Het Hof van Cassatie verwees in zijn arrest naar de zogenaamde Antigoon-leer die thans verankerd is in de voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering. Dit artikel bepaalt dat onrechtmatig verkregen bewijselement slechts nietig is indien:

de naleving van de betrokken vormvoorwaarden wordt voorgeschreven op straffe van nietigheid,
of de begane onregelmatigheid de betrouwbaarheid van het bewijs heeft aangetast,
of het gebruik van het bewijs in strijd is met het recht op een eerlijk proces.

 

Hoewel de Antigoon-leer oorspronkelijk ontwikkeld werd binnen het strafrecht, heeft zij sinds het arrest van het Hof van Cassatie van 10 maart2008 vrij goede doorgang gekregen in de arbeidsrechtbanken. Toch blijft dit nog steeds een punt van discussie binnen de rechtsleer en rechtspraak.

De Antigoon-leer vormt hoe dan ook een goed tegengewicht voor de strikte voorwaarden geformuleerd in o.a. CAO nr. 68. Een werkgever kan bijvoorbeeld op basis van de Antigoon-leer camerabeelden (bekomen via verborgen cameracontrole) voorleggen ter rechtvaardiging van het ontslag om dringend reden van een werknemer wegens diefstal. Uiteraard blijft dit een feitenkwestie en dient de rechter dit steeds te beoordelen op basis van de specifieke context ter zake.

 

Besluit

Het arrest van de Grote Kamer van het EHRM is een bevestiging van het feit dat het recht op privacy niet absoluut is en dat werknemers zich bij onrechtmatig gedrag niet zonder meer mogen wegstoppen achter hun recht op privacy.

Het EHRM beklemtoont dat maatregelen die mogelijks een weerslag kunnen hebben op de privacy op het werk steeds moeten bekeken worden in het licht van de afweging tussen de belangen van de werknemer enerzijds en die van de werkgever anderzijds en dat deze maatregelen steeds getoetst dienen te worden op basis van de finaliteit, de proportionaliteit en de legaliteit.

De Antigoon-leer, die meer en meer zijn doorgang krijgt in het burgerlijk recht, vormt een belichaming van bovenvermelde principes. In die zin kan het arrest van het EHRM gezien worden als bevestiging van de doorwerking van de Antigoon-leer in het burgerlijk recht (en in bijzonder in het arbeidsrecht).

 

Auteurs: Lander Heylen & Jana Kern

Ilse De Geyter

Ilse De Geyter is in de expertise bouw- en vastgoedrecht actief in bouwgeschillen en huur verhuur van onroerend goed. Haar directe communicatie, daadkracht en persoonlijke ervaring in eigen bouwprojecten komen van pas bij (zowel minnelijke als gerechtelijke) expertises en de opvolging van bouwgeschillen. Zij staat verschillende cliënten bij in de huur verhuur van vastgoed. In de expertise ondernemingsrecht is zij actief in contractenrecht, commerciële geschillen, tuchtrecht en incasso.

Zij is proactief, direct, resultaatgericht en nabij in de uitvoering.

Ilse De Geyter - Advocaat bouwrecht en vastgoedrecht

Jana Kern

Zij staat vooral de ondernemer, maar ook de werknemer bij in binnen- en buitenland, en dit in 6 talen. Deze meertalige ondersteuning zorgt ervoor dat internationale ondernemingen op maat worden geholpen in hun eigen taal.

Zij is energiek, perfectionistisch en gedreven om ieder project tot een goed einde te brengen.

Jana Kern - Advocaat Social recht en arbeidsrecht

Frederic Rosiers

Frederic Rosiers is actief in de praktijkgebieden “vennootschaps- en ondernemingsrecht” en “bouw, vastgoed en projectontwikkeling”. Hij behandelt dossiers inzake aandeelhoudersgeschillen, aandelentransacties, distributierecht en vastgoedtransacties, met inbegrip van erfpacht- vruchtgebruik- en opstalconstructies. Door zijn ervaring en pragmatische aanpak vertalen de contracten het bereikte commerciële evenwicht en anticiperen zij op mogelijke geschillen. Als opgeleid bemiddelaar worden geschillen indien mogelijk buiten de rechtbank om geregeld.

Frederic Rosiers - Advocaat bouwrecht en vastgoedrecht - ondernemingsrecht en vennootschapsrecht

Reiner Tijs

Reiner Tijs is gespecialiseerd in het overheidsrecht en het omgevingsrecht (ruimtelijke ordening, stedenbouw en milieu). Hij kan bogen op ruime expertise, jarenlange ervaring en een breed netwerk.

Reiner Tijs - Advocaat overheidsrecht en omgevingsrecht

Frédéric Dupon

Hij behandelt vooral dossiers die verband houden met het verbintenissenrecht, het bouwrecht en het handels- en economisch recht in ruime zin, met inbegrip van het zeerecht.

Frédéric Dupon - Advocaat bouwrecht, vastgoedrecht en ondernemingsrecht

Sidney Van Wellen

Sidney Van Wellen studeerde in 2013 af als Master in de Rechten aan de Universiteit te Antwerpen en is sindsdien advocaat aan de Antwerpse Balie. Hij is advocaat bij Forum Advocaten sedert september 2018.

Hij is pragmatisch en betrokken om zo het best mogelijke resultaat te bereiken.

Sidney Van Wellen - Advocaat bouwrecht, vastgoedrecht en ondernemingsrecht

Joram Maes

Joram Maes studeerde in 2015 af aan de Universiteit te Antwerpen als Master in de rechten en begon zijn carrière als advocaat in januari 2016 bij Forum Advocaten.

Hij is enthousiast, creatief en openhartig, eigenschappen die hij ook overbrengt in de behandeling van dossiers.

Joram Maes - Advocaat bouwrecht, overheidsrecht en omgevingsrecht

Annelies Janssen

Annelies Janssen behaalde in 2016 de titel van Master in de rechten aan de Universiteit van Antwerpen na in 2015 een Erasmus programma te hebben gevolgd in Zweden (Uppsala University).

Zij is optimistisch, warmhartig en oprecht.

Annelies Janssen - Advocaat bouwrecht en vastgoedrecht

Maxime Jeanray

Maxime behaalde in 2016 de titel van Master in de rechten aan de Universiteit van Antwerpen.

Hij is flexibel, positief en zet zijn schouders vol engagement onder verschillende projecten.

Maxime Jeanray - Advocaat Arbeidsrecht en sociaal recht

Inge van den Dorpel

Inge studeerde, na een eerdere opleiding aan het Koninklijk Muziekconservatorium te Brussel en een opleiding vertaler aan de Universiteit van Antwerpen, in 2016 af aan de Vrije Universiteit Brussel als Master in de rechten en begon haar carrière als advocaat in juni 2016 aan de balie Brussel.

Inge van den Dorpel - Advocaat Bouwrecht, omgevingsrecht en overheidsrecht

Maarten Verboven

Maarten is in 2017 afgestudeerd als Master in de rechten aan de Universiteit te Antwerpen na tevens een opleiding Rechtspraktijk aan de Karel de Grote Hogeschool te Antwerpen te hebben voltooid.

Hij is sociaal, gedreven en volhardend.

Maarten Verboven - Advocaat vastgoedrecht en ondernemingsrecht

Geert de Hoon

Geert is advocaat bij Forum Advocaten sinds oktober 2019 en legt zich binnen het kantoor hoofdzakelijk toe op bijstand aan KMO’s en vrije beroepen in het burgerlijk recht en het ondernemingsrecht. Hij staat cliënten bij tijdens de opmaak van contracten, onderhandelingen en adviesverlening alsook tijdens het voeren van procedures voor de burgerlijke hoven en rechtbanken. Verder staat hij cliënten graag bij in dossiers inzake het onderwijsrecht.

Geert de Hoon - Advocaat bouwrecht en ondernemingsrecht

Roxanne Verelst

Roxanne behandelt binnen het kantoor hoofdzakelijk dossiers met betrekking tot de bijstand van KMO’s, particulieren en vrije beroepen in burgerlijke en handelszaken, alsook zaken binnen het vennootschapsrecht en het vastgoedrecht.

Roxanne Verelst - Advocaat ondernemingsrecht en vennootschapsrecht

Justine Heureux

Justine behaalde in 2020 de titel van Master in de rechten aan de Universiteit van Antwerpen en in 2021 de titel van Master in het vennootschapsrecht aan de Katholieke Universiteit van Leuven.

Justine is oprecht, warmhartig en enthousiast. Zij behandelt uw dossier met veel zorg.

Justine Heureux - Advocaat vennootschapsrecht

Inne Royackers

Inne Royackers behaalde in juni 2022 met onderscheiding de titel van Master in de Rechten aan de Katholieke Universiteit Leuven, waarbij ze zich specialiseerde in het privaat- en strafrecht. Gedurende haar opleiding studeerde ze een half jaar aan l’Université Jean Moulin III te Lyon (Frankrijk). Haar masterscriptie schreef ze onder het promotorschap van prof. dr. B. Tilleman over de aansprakelijkheid van bouwactoren in een bouwteam.

Sinds september 2022 is Inne ingeschreven als advocaat aan de Antwerpse balie. Bij Forum Advocaten legt ze zich vooral toe op bouw- en vastgoedrecht.

Inne Royackers - Advocaat bouwrecht, vastgoedrecht en ondernemingsrecht

Jill Naets

Jill Naets behaalde in 2023 met onderscheiding de titel van Master in de Rechten aan de Universiteit Antwerpen, waarbij ze zich specialiseerde in het sociaal recht en het strafrecht. Eerder behaalde ze ook de professionele bachelor bedrijfsmanagement – rechtspraktijk aan de Karel de Grote Hogeschool te Antwerpen.

Ze is sinds 2023 advocaat bij Forum Advocaten en ze legt zich binnen het kantoor vooral toe op het sociaal recht (arbeidsrecht en socialezekerheidsrecht). Ze is behulpzaam, nauwkeurig en proactief.

Jill Naets - Advocaat arbeidsrecht en sociaal recht

Yani Brems

Yani Brems behaalde in 2023 de titel van Master in de rechten aan de Universiteit van Antwerpen. Zij is advocaat bij Forum advocaten sinds mei 2024 en behandelt binnen het kantoor vooral dossiers inzake ruimtelijke ordening en stedenbouw.

Yani Brems - Advocaat bouwrecht en omgevingsrecht