30 augustus 2019
Subsidies in het kader van de (her)aanleg van bedrijventerreinen: welke mogelijkheden biedt de nieuwe regelgeving die op 1 september2019 in werking treedt?
Inleiding
Teneinde te vermijden dat het werkveld – gelet op de onzekerheid over het voortbestaan van de huidige subsidieregeling – in groten getale aanvragen zou indienen en hierdoor druk zou zetten op de voorziene kredieten, heeft de huidige Vlaamse regering in lopende zaken op 19 juli 2019 zekerheid gecreëerd door middel van een nieuw subsidiebesluit dat op 1 september 2019 in werking treedt.
De begunstigden van het besluit van 19 juli 2019 worden opgelijst in art. 7 en 26 van dit besluit en omvatten o.m. intergemeentelijke samenwerkingsverbanden, gemeenten, EVAs, autonome gemeentebedrijven, provincies én ondernemingen, die aantoonbaar actief zijn in de (her)aanleg van bedrijventerreinen.
Het bijhorend ministerieel uitvoeringsbesluit van 30 juli 2019, hetgeen eveneens op 1 september 2019 in werking treedt, bevat een alternatieve subsidieprocedure voor begunstigden die buiten de wetgeving overheidsopdrachten (en dus principieel buiten het toepassingsgebied van het besluit van 19 juli 2019) vallen.
Met het nieuwe subsidiekader komt de Vlaamse Regering tussen in de kosten, gemaakt in het kader van:
- Voortrajecten
- De daadwerkelijke (her)aanleg van bedrijventerreinen
Steun voor vootrajecten
Niet alleen de daadwerkelijke (her)aanleg van een bedrijventerrein, maar ook welbepaalde kosten die voorafgaand aan deze aanleg worden gemaakt door de betrokken begunstigde(n), komen in aanmerking voor subsidies. Het betreft meer bepaald de kosten, gemaakt bij:
- De opmaak van een haalbaarheidsstudie
- De procesbegeleiding
De draagwijdte van beide begrippen wordt verder door art. 6 van het besluit van 19 juli 2019 gedefinieerd.
Per bedrijventerrein of -site kan één voortraject worden gesubsidieerd, met een subsidiegrens van 50% van de gemaakte kosten en een absoluut plafond van € 200.000. Een begunstigde, die meent recht te hebben op subisides in het kader van een voortraject, kan hiertoe een subsidieaanvraag richten aan het Agentschap Innoveren en Ondernemen. Het doorlopen van een vooroverleg is verplicht. Indien het Agentschap de gevraagde subiside toekent, wordt deze in drie schijven uitbetaald:
- Een eerste schijf van 30%, uibetaald uiterlijk één jaar na de beslissing tot toekenning van de subsidie
- Een tweede schijf van 30% wanneer de helft van de subsidieerbare kosten is gefactureerd aan de begunstigde
- Een derde (saldo)schijf dewelke uiterlijk zes maanden na het afsluiten van het subsidiedossier wordt uitbetaald
Steun voor de (her)aanleg van bedrijventerreinen
Overeenkomstig art. 23 van het besluit van 19 juli 2019, komen vooreerst onrendabele projecten in aanmerking voor subsidie. Onrendabele projecten bestaan op zich uit drie subcategorieën:
- De herontwikkling van brownfields
- De herontwikkeling van verouderde bedrijventerreinen
- De projecten waarvan, op basis van de grondexploitatie, kan worden aangetoond dat ze geen normaal rendement zullen realiseren
Daarnaast kunnen ook zgn. strategische projecten, nl. bedrijventerreinen die om economische redenen van strategisch belang zijn voor de Vlaamse economie, dezelfde steun genieten.
Indien een project voldoet aan de door art. 25 van het besluit van 19 juli 2019 voorgeschreven kwaliteitsvoorwaarden, kunnen welbepaalde kosten, vervat in art. 28 van het besluit, gedeeltelijk gesubsidieerd worden. Het betreft o.m. kosten die verband houden met het bouwrijp maken van het beoogde terrein, de aanleg van de wegenis, voetpaden en parkeerplaasten, de aanleg van een water- en gasleidingen etc.
Het subisidiepercentage hangt af van de aard van het project:
- 50% ingeval van de herontwikkeling van een brownfield
- 70% voor de herontwikkeling van oude bedrijventerreinen
- Maximaal 50%, afhankelijk van de natuurlijke rendabiliteit, voor projecten dewelke principieel geen normaal rendement zullen realiseren
- Maximaal 85% voor strategische projecten
Een begunstigde, die meent recht te hebben op voormelde subsidies, kan hiertoe een subsidieaanvraag richten aan het Agentschap Innoveren en Ondernemen. Het doorlopen van een vooroverleg is verplicht. Indien het Agentschap de gevraagde subiside toekent, wordt deze in twee schijven uitbetaald:
- Een eerste schijf van 60% wanneer ten minste 20% van de in aanmerking komende kosten is gefactureerd aan de begunstigde
- Een tweede (saldo)schijf
Gelijk(w)aardige regeling voor begunstigden die niet gebonden zijn door de wetgeving overheidsopdrachten
Voor de begunstigden, vermeld in art. 7 en 26 van het besluit van 19 juli 2019, die echter niet vallen onder de Wet Overheidsopdrachten van 17 juni 2016, voorziet het Ministerieel Besluit van 30 juli 2019 in een gelijk(w)aardige subsidieregeling.
Een dergelijke begunstigde, die steun wenst te ontvangen in het kader van een voortraject, kan een subsidieaanvraag indienen indien men:
- Minstens drie offertes opvraagt
- Minstens twee offertes ontvangt
- De laagste offerte kiest
- Het project niet laat uitvoeren door een verbonden onderneming in de zin van art. 114 §1 van de Wet Overheidsopdrachten van 17 juni 2016
Een begunstigde kan een subsidieaanvraag voor de daadwerkelijke (her)aanleg van een bedrijventerrein indienen wanneer men:
- Drie/zes offertes opvraagt indien de raming van de te maken (her)aanlegkosten lager of gelijk is aan/hoger is dan € 124.000
- Minstens twee offertes ontvangt
- De laagste offerte kiest
- Het project niet laat uitvoeren door een verbonden onderneming in de zin van art. 114 §1 van de Wet Overheidsopdarchten van 17 juni 2016
Besluit
Het besluit van de Vlaamse Regering van 19 juli 2019 alsook het bijhorende Ministerieel Besluit van 30 juli 2019 bieden een welomlijnd subsidiekader in het kader van de (her)ontwikkeling van bedrijventerreinen. Het loont alleszins om na te gaan of een voorgenomen project in aanmerking komt voor de door de Vlaamse Regering voorziene subsidies. Indien u hierover meer informatie of bijstand wenst te bekomen, kan u ons steeds contacteren.