24 oktober 2022

Klimaatzaak: overheidsaansprakelijkheid voor een onzorgvuldig klimaatbeleid

Kan een overheid aansprakelijk gesteld worden voor een gebrekkig klimaatbeleid? In omringende landen is het al eerder voorgekomen en sinds 2021 nu ook bij ons.

Eerder lichtten wij reeds toe dat klimaatdoelstellingen in het lokaal vergunningenbeleid kunnen doorsijpelen. Deze bijzondere vooruitgang in het omgevingsrecht kadert in een ruimere evolutie. Het aantal klimaatzaken dat de voorbije jaren is opgestart voor nationale en internationale rechtbanken stijgt meer en meer. Een decennium geleden waren klimaatzaken eerder uitzonderlijk en de enkele zaken die werden opgestart waren doorgaans weinig succesvol. Dit tij lijkt nu dus te keren.

vzw Klimaatzaak versus de Belgische overheid

In 2015 trok de vzw Klimaatzaak samen met bijna 8.500 burgers naar de rechtbank van eerste aanleg te Brussel. In het befaamde klimaatvonnis werden de Belgische overheden uiteindelijk op 17 juni 2021 aansprakelijk gehouden voor een onzorgvuldig klimaatbeleid.

Zeer interessant is de grond waarop de Belgische overheden werden veroordeeld. De rechtbank oordeelde namelijk dat het Belgische klimaatbeleid de wettelijke zorgplicht en de mensenrechten heeft geschonden. In het klimaatvonnis wordt onder meer verwezen naar de Intergovernmental Panel on Climate Change-rapporten waarbij de klimaatwetenschap als toetssteen van de zorgvuldigheidsplicht functioneert. Er worden ook inbreuken op het recht op leven en het recht op eerbiediging van het privé, familie- en gezinsleven vastgesteld, zoals gewaarborgd door het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens.

De rechtbank stelde vast dat de Belgische overheden niet aan hun Europese en internationale reductieverplichtingen voldeden. Bovendien werd de samenwerking tussen deze overheden gebrekkig bevonden én hebben Europese instellingen meermaals waarschuwingen geuit. Bijgevolg werd geconcludeerd dat er een onzorgvuldig klimaatbeleid voorligt. Bij de vormgeving van het klimaatbeleid hebben de Belgische overheden zich niet gedragen als een normale zorgvuldig handelende overheid in de zin van artikel 1382 van het oud Burgerlijk Wetboek (nu artikel 6.3.1 nieuw BW).  

Urgendazaak als bouwsteen en/of inspiratiebron

De verantwoording van het vonnis met betrekking tot de zorgplicht en overheidsaansprakelijkheid komt niet uit de lucht vallen. In Europa neemt het aantal rechtszaken systematisch toe, vooral sinds het Nederlandse Urgendavonnis van 24 juni 2015. Ook in dit vonnis werd een schending van de zorgplicht weerhouden.

De Urgendazaak was de eerste rechtszaak in Europa waarin de overheid aansprakelijk werd gesteld voor de zorgplicht inzake klimaatveranderingen en verantwoordelijk werd gehouden voor het algemeen welzijn van de burger. De overheid heeft de verplichting om burgers te beschermen tegen de risico’s van klimaatverandering. Door geen snellere daling van de CO2-uitstoot te voorzien had de Nederlandse overheid onzorgvuldig gehandeld, zodat er in de Urgendazaak zelfs een reductiebevel werd opgelegd.

Ook in andere klimaatzaken in de buurlanden ligt de focus bijgevolg op het grotere verhaal waarbij de zorgplicht en mensenrechten centraal staan om ambitieuzere klimaatdoelen van overheden af te dwingen.

Op weg naar een klimaattoets?

Zoals toegelicht in onze blog van 14 januari 2022, heeft de Raad voor Vergunningsbetwistingen in het ‘tankstationarrest’ geoordeeld dat klimaatdoelstellingen een wezenlijk beoordelingscriterium van het lokaal vergunningenbeleid vormen, ook al werden zij in een niet-bindend beleidsdocument vastgelegd. In het geval van de gemeente Boechout ging het oprichten van een ‘klassiek’ tankstation voor fossiele brandstoffen lijnrecht in tegen de klimaatdoelstellingen uit het Burgemeestersconvenant.

De korte tijdspanne waarin het klimaatvonnis van 17 juni 2021 en het tankstationarrest van 9 december 2021 werden geveld laat weinig aan de verbeelding over. Op klimaatverandering gestoelde argumenten winnen zowel bij de burgerlijke rechter als bij de administratieve rechtscolleges aan populariteit. De klimaataansprakelijkheid bij de burgerlijke rechter heeft mogelijk de weg vrijgemaakt voor een echte klimaattoets in vergunningsprocedures. De twee uitspraken lijken dan ook hand in hand te gaan en het pad naar een efficiënt en zorgvuldig klimaatbeleid te hebben geëffend.

Besluit

Recente klimaatzaken maken duidelijk dat een overheid inderdaad aansprakelijk kan worden gesteld voor haar rol in de gehele problematiek rond klimaatverandering. Meer nog, deze rechtspraak lijkt zelfs concreet door te sijpelen in het vergunningenbeleid waardoor een echte klimaattoets niet meer veraf lijkt.  

De rechtspraak in klimaatzaken is in volle evolutie. Deze rechtspraak heeft meestal ook verstrekkende gevolgen en een ruime maatschappelijke impact. Het valt te verwachten dat in de (nabije) toekomst heel wat nieuwe klimaatzaken het licht zullen zien. Wij volgen dit uiteraard van nabij op.

Heeft u vragen over de invloed van klimaat op het omgevingsrecht? Neem dan zeker contact op met een advocaat omgevingsrecht zodat wij u op maat kunnen adviseren.

Reiner Tijs & Amber Simons

Reiner Tijs

Reiner Tijs is gespecialiseerd in het overheidsrecht en het omgevingsrecht (ruimtelijke ordening, stedenbouw en milieu). Hij kan bogen op ruime expertise, jarenlange ervaring en een breed netwerk. Reiner is authentiek en geloofwaardig. Hij benut de kracht van een sterke juridische argumentatie.